Om het maar even heel eenvoudig en klinisch samen te vatten: bij een natuurlijke bevalling gaat eerst je baarmoedermond open (ontsluiting), de vliezen breken (dit kan ook al voor de ontsluiting gebeuren) en tot slot krijg je persdrang en wordt je baby geboren (uitdrijving).
Het breken van je vliezen is pijnloos. Het kan ruim voordat je weeën beginnen, maar het is ook mogelijk dat ze pas breken wanneer je al ontsluiting hebt. Je verliest vruchtwater in kleine plasjes of druppels. Vruchtwater is meestal kleurloos met witte vlokjes, soms is het wat roze en ruikt het zoetig. Let hierop:
De eerste echte weeën (baringsweeën) herken je zo:
Doordat je goede weeën hebt, verstrijkt de baarmoederhals (die wordt ‘platter’) en de baarmoedermond gaat langzaam open: je krijgt ontsluiting. Het kan een paar uur tot een dag duren voordat je volledige ontsluiting hebt (10 centimeter). Dan geeft het hoofdje van je baby een drukkend gevoel en je krijgt persdrang.
Wanneer de gewone weeën overgaan in persweeën, voel je een enorme drang om te persen. Vanaf dit moment duurt het bij de meeste vrouwen die voor het eerst bevallen nog maximaal twee uur voordat de baby wordt geboren. Het eerste stuk persen kan met millimeters vooruit gaan, maar… elke perswee is er eentje dichterbij de geboorte van je kind! Bij een tweede of volgende bevalling kan het trouwens een stuk sneller gaan.
De persweeën zijn erg sterk en je baarmoeder drukt je baby naar buiten. Je verloskundige helpt je om op de juiste manier te persen, zodat je het meeste uit elke wee haalt. De eerste paar keer persen is het misschien nog even zoeken, maar met haar aanwijzingen lukt het je! Zodra het hoofdje zichtbaar wordt, ben je al een heel eind en gaat het persen je inmiddels waarschijnlijk ook beter af.
En dan is je baby er en stoppen de weeën. De placenta moet nu nog geboren worden. Dit kan al na een paar minuten zijn of iets langer duren, maar waarschijnlijk binnen een half uur. Ook hiervoor trekt je baarmoeder samen, maar dit is niet pijnlijk. Het is zelfs mogelijk dat je hier niet zo heel veel van meekrijgt, want al je aandacht gaat uit naar je baby: je ziet je zoon of dochter voor het eerst! Je kraamverzorgende legt je baby bij je en helpt je bij het eerste keer aanleggen als je borstvoeding geeft.
Meteen na je bevalling begint je lichaam zich te herstellen van je zwangerschap en bevalling.
Je verloskundige heeft alles in huis om jou te helpen op een natuurlijke manier te bevallen. Maar als het anders loopt en je naar het ziekenhuis moet, draagt zij de begeleiding van je bevalling over aan de dienstdoende gynaecoloog. Mogelijk wordt je baby met een keizersnee geboren. Je kraamverzorgende zal in de kraamweek goed voor je zorgen na een (geplande) keizersnee, zodat je zo snel mogelijk weer op de been bent.